Stilte voor opname. Geluid. Loopt. Camera. Loopt. Scène 1 Take 1. Klap. Actie. Cut. Koffie.
Na de dwingende vraag om absolute stilte - de kleedster mag geen speld van tussen haar lippen laten vallen - is er eerst het geluid, dan pas het beeld.
Wanneer de scène gedaan is, en iedereen met verstomming geslagen is door de magistrale acteerprestaties van de spelers, volgt het messcherpe woordje: Cut. De opnamen van beeld en geluid worden abrupt afgebroken. De magie hangt nog in de lucht. Geroezemoes.
En dan is er geen koffie. Nog niet. Koffie hoort niet in dit rijtje thuis. Het zou mooi zijn, maar het is niet zo. Net na een opgenomen scène moet de focus bij de opname blijven. Eerst moet er nagegaan worden of de opname bruikbaar is, volstaat, moet overgedaan worden -om welke reden ook- en of de voorbereidingen van een volgend shot of scène kunnen opgestart worden. Deze beslissing vraagt ernst en mentale ruimte omdat in enkele seconden kwaliteit, geld en tijd tegen elkaar worden afgewogen. Deze drie factoren beïnvloeden elkaar voortdurend.
Pas wanneer de scène vanuit alle standpunten is ingeblikt en de ploeg begint aan de voorbereidingen van een volgende scène, dan pas - en niet eerder - is er tijd voor koffie. Misschien. Onder voorbehoud. Niks is zeker. Degene die perfect aanvoelt wanneer de koffie mag ingeschonken en rondgedeeld worden, beschikt over een onwaarschijnlijk waardevol zintuig. Maar dit alles volledig terzijde.
De rol van Checkit
Ter herinnering. Checkit is een gratis begeleidingstraject voor KMO’s gefinancierd door Europa en Vlaanderen. mediarte helpt bij het in kaart brengen van de competenties die er wel en nog niet zijn. Zowel het management als de medewerkers worden betrokken bij de gesprekken. De leercultuur van de organisatie komt in beeld. Het doel is na te denken over strategische acties die inspelen op de digitale, hoogtechnologische en klimatologische veranderingen. Elkaar opleiden en ervaring delen is de belangrijkste competentie geworden.
The Image & Sound Factory
Voor de eerste competentiescan in het kader van Checkit, werd ik uitgenodigd door Pedro Van der Eecken, oprichter -en samen met compagnon Geert Vlegels- drijvende kracht achter de geluidsstudio The Image & Sound Factory in Dendermonde. Het kantoor en de geluidsstudio’s zijn gelegen in de gebouwen van een oude zeepfabriek. De karaktervolle rode baksteen, de statige verbrandingstoren en de industriële look ademen samen met de goudgele ochtendzon een Italiaanse filmische sfeer uit. Geen geur van zeep meer. Wel de geur van vers gebrande koffiebonen. Bij het binnenkomen passeer je immers koffiebranderij Agostini, gevestigd in de voormalige stoomkamer. Koffiebranden is hier een aromarijke competentie.
The Image & Sound Factory is gespecialiseerd in audio opname, -dubbing, -mixing, -editing, -mastering en afwerking van fictie projecten, tv series, kortfilms, non-fictie, reportages, documentaires, commercials, animatie en podcast. Nationaal en internationaal.
Samen met Pedro en productiecoördinator Anna De Lepeleere ga ik op zoek naar de leercultuur van hun organisatie. Het wordt me heel snel duidelijk dat het begrip levenslang leren hier al jarenlang onverstoorbaar gecultiveerd wordt. Het competentiedenken is immers onontbeerlijk voor de continuïteit van hun bestaan. The Image & Sound Factory evolueert mee met nieuwe en innovatieve evoluties en past zich voortdurend aan aan de veranderingen in het audiovisuele landschap.
Nieuwsgierigheid en leergierigheid van de medewerkers hoeven niet aangewakkerd te worden. Ze zijn ingebakken. De ondersteunende omstandigheden en de stimulerende context zorgen ervoor dat deze eigenschappen continu gevoed worden.
Uit alles blijkt dat The Image & Sound Factory hun medewerkers stimuleert om steeds beter te worden in wat ze doen. Er komt heel wat gezonde, gelukbrengende dopamine vrij in deze fabriek. Auteur Daniel H. Pink benoemt in zijn boek Drive, de verrassende waarheid over wat ons motiveert (2020, 85) drie zaken die hieraan bijdragen: autonomie, meesterschap en zingeving. Alle drie de kenmerken worden in de geluidsfabriek in praktijk gebracht. Omdat ze merken dat dit de medewerkers in hun kracht zet en bijdraagt aan ieders welzijn.
Elke beginnende werknemer krijgt ruim de tijd om zich te ontwikkelen. Het eerste jaar is leren door te kijken, te luisteren, te volgen en te assisteren bij collega’s. Vervolgens krijgen nieuwe medewerkers kleine opdrachten om mee aan de slag te gaan. Het eindresultaat hoeft niet opgeleverd te worden en is niet gebonden aan deadlines. Oefenen-oefenen-oefenen en doen-doen-doen zijn het credo. Iets uitproberen, zoeken en vinden. Trial & error. Opnieuw, nog eens en nog een keer. Aan de hand van kleine taken maakt de medewerker zich alle aspecten van het project, de software en de hardware eigen. Medewerkers geven aan dat hun leercurve tijdens deze eerste twee jaren spectaculair stijgt. Het geloof in eigen kunnen groeit, de autonomie neemt toe, het meesterschap vorm en het gevoel overheerst dat er een zinvolle bijdrage wordt geleverd.
De film The Karate Kid uit 1984 van John G Avildsen komt plots ter sprake. Ik herinner me levendig de iconische traptechniek die Daniel LaRusso gebruikt tijdens de finale van het karate toernooi waarbij de houding en beweging van de kraanvogel worden nagebootst. Als kind imiteerden we die sprong. Pedro verwijst echter naar de “wax on, wax off” benadering uit het verhaal. Nieuwe medewerkers krijgen arbeidsintensieve taken die ze dag na dag moeten uitvoeren zonder dat het resultaat belangrijk is, het leerproces des te meer. Het drukt het vertrouwen en het geduld uit dat een medewerker moet hebben in zijn eigen ontwikkeling. Het gaat om het aantal uren dat je nodig hebt om de job in je vingers te krijgen. Een medewerker krijgt de verantwoordelijkheden die bij de taak behoren enkel en alleen wanneer de medewerker er klaar voor is.
Plots wordt er een boom opgezet over de rol van het onderwijs. Afgestudeerden beschikken niet meer over de nodige competenties. Na drie of vier jaar studeren hebben ze onvoldoende praktijkervaring. Ze kennen en kunnen te weinig. Creatief zijn ze mee, technisch niet. De conclusie is dat er nood is aan overleg en dialoog tussen het werkveld en het onderwijs. Het werkveld is vragende partij.
Over vragen gesproken. Er wordt veel belang gehecht aan het stellen van vragen. Op het moment dat men iets niet weet of wanneer men komt vast te zitten in de uitvoering van een taak, wordt om hulp vragen gezien als een moedige competentie. Het is een uiting van leergierigheid. Na een tijd, eerder toevallig en meestal onbewust, merkt elke beginner op dat er minder vragen hoeven gesteld te worden. Het uitvoeren van de taak is een verworven competentie geworden. Triomf moment. Klaar voor een nieuwe reeks vragen.
Nieuwsgierigheid en leergierigheid van de medewerkers hoeven niet aangewakkerd te worden. Ze zijn ingebakken.
Conclusies uit de gesprekken
Uit de gesprekken met sound engineers Brozi en Renzy blijkt dat de missie en visie van de organisatie door iedereen gedragen wordt en onderling bijdraagt aan een sterke verbinding. Samenwerken en werken in teamverband zijn de kernbegrippen die telkens komen bovendrijven. Ze vormen het DNA van de organisatie. Werken aan een audiovisueel project is teamwork. Je kan niet zonder de ander. De medewerkers geven aan dat ze in elke fase van een project bewust rekening houden met de volgende stap in het maakproces en met de werkwijze van collega’s. Het uitvoeren van een taak komt in essentie neer op het voorbereiden van de taak van de medewerker die verder werkt op het gedane werk. Samenwerken vergt tegelijkertijd een hoge graad van zelfstandigheid. Zelfstandig kunnen werken is complementair met samenwerken. Hoe autonomer iemand mag en kan werken, hoe sterker de samenwerking. Dit wordt als zinvol ervaren.
Elke medewerker werkt zich op tot expert in een deel van het takenpakket en helpt de anderen met hun expertise om gezamenlijk een hoger doel te bereiken. Op deze manier is het voor het team heel gemakkelijk om gemotiveerd te geraken (Ludodidactiek, Renger & Hoogendoorn).
Vóór elk project zit het team samen om de workflow door te praten. Deze meetings vormen de ruggengraat van elk project. Kennis van het complexe netwerk systeem en van de workflow is cruciaal. Wie de workflow kent, is immers in staat om efficiënt aan foutopsporing en problem solving te doen. Deze besprekingen leveren tijdwinst, efficiëntie en effectiviteit op.
Centraal in het competentiedenken staat het doorgeven van ervaring. Ervaring is de som van alle projecten waar door de jaren heen aan gewerkt werd. Het belang hiervan kan niet genoeg benadrukt worden. Ervaring is de cornerstone van de organisatie. De ervaring en de kennis die Pedro en Geert vertegenwoordigen, is van onschatbare waarde voor het bedrijf.
Zelfstudie is een term die een paar keer valt. “Twee nachten en veel opzoekingswerk” levert antwoorden op moeilijke vragen op. Wie iets nieuw leest of zich verdiept in een aspect van de job, vertelt erover tijdens de lunch, tijdens wandelganggesprekken of aan de koffiemachine. Zelfstudie leidt altijd tot het uitwisselen van nieuwe inzichten en informatie. Het is ook niet meer dan normaal dat je op de hoogte blijft van je eigen vakgebied. Dit gebeurt zowel informeel als formeel tijdens team meetings.
Omwille van nieuwe ontwikkelingen in de softwarepakketten, de snelle digitale wijzigingen in de uitvoering van projecten en regisseurs die “very demanding” zijn, zijn de meeste complexe vragen projectgerelateerd. Pedro geeft er de voorkeur aan om zelf energie en tijd te steken in het oplossen van problemen. Dat is wat hem drijft. En het houdt de kennis in huis.
Foutopsporing en probleemoplossend werken zijn competenties die elke dag worden ingezet. De organisatie heeft een eigen WIKIpedia ontwikkeld waarin elk probleem dat zich ooit heeft voorgedaan, is opgenomen en uitgeschreven. Elke werknemer heeft toegang en schrijfrechten tot deze bestanden. In deze WIKI staan eveneens alle procedures en protocollen, standaarden en richtlijnen die nodig zijn om projecten uit te voeren en op te leveren. Het verzamelen en raadpleegbaar maken, is standaardwerk.
De leercultuur en de voortdurende uitwisseling van kennis heeft als ultiem doel om elke werknemer “up to the task” te houden. The Image & Sound Factory leidt elke medewerker op vanuit het principe: hoeveel keer moet je iets opnieuw doen voor het van de eerste keer in orde is? Elk project dat opgeleverd wordt, voldoet aan het zelfopgelegde kwaliteitslabel en daarom ook aan de strenge normen en vereisten van de broadcast- en streaming platformen. Geen returns to sender.
De krappe budgetten, de beperkte financiële beweegruimte en de steeds hogere tijdsdruk verplichten de organisatie om voortdurend creatief na te denken over strategische keuzes. In een markt waar "goed, is goed genoeg” soms een verdedigbare keuze is, kiest The Image & Sound Factory ervoor om resoluut in te zetten op kwaliteit: enkel het beste is goed genoeg.
Geert Vlegels is ondertussen geluiden aan het opnemen in de grote studio. Anna moet even komen helpen. Pedro wordt opgebeld. Een gesprek dat hij moet opnemen. Renzy en Brozi drinken samen een koffie. De magie van de gesprekken samen met een gemoedelijke intensiteit hangt nog in de lucht. Het voelt aan als de stilte na een opname van een scène uit masters of sound. Focus.
We zijn klaar. Klaar voor de volgende scène, voor de volgende competentiescan.
Met dank aan Pedro, Geert, Anna, Renzy en Brozi.