Reset is een een documentairereeks en een uitgebreid online platform van en voor veerkrachtige mensen. Geproduceerd door Lionheart Productions, maak je kennis met mensen die door een ernstige diagnose geconfronteerd worden met de kwetsbaarheid van het leven. Eén van de verhalen gaat over Yme die worstelt met een eetstoornis. Documentairemaker Sofie Meelberghs vertelt hoe ze dit moeilijk verhaal in beeld heeft gebracht.
Het grootste deel van het verhaal speelt zich af op een therapeutische afdeling voor eetstoornissen. Geen makkelijke plaats om toegang toe te krijgen?
Sofie: We hebben goed kunnen samenwerken met het UZ Leuven en UPC Leuven, waar het verhaal van Yme zich afspeeld. Op de afdeling eetstoornissen was er heel veel goede wil. Veel mensen ervaren daar een stigma over wat het is om een eetstoornis te hebben. Hierdoor is er een sterke wil aanwezig om hun verhaal te vertellen. Het is echter een afdeling waar tussen de 30 en 40 personen tegelijk op de afdeling vertoeven en dit voor een periode van ongeveer 3 maanden. Er is dus veel verloop waardoor je telkens opnieuw het vertrouwen moet winnen. Vaak hoor je dan de verzuchting over de manier hoe de media eetstoornissen in beeld brengt. Dit strookt niet met de manier hoe ze dat zelf ervaren. Het gaat al heel snel over de extremen en niet over hoe zij dit ziektebeeld beleven.
Hoe heb je dat vertrouwen dan toch kunnen verkrijgen?
Sofie: Wat mij bijvoorbeeld heel positief verraste is dat op zo’n afdeling héél veel begrip, warmte en vriendschap heerst. Vanaf het begin was het voor mij duidelijk dat ik me daar ook op wilde focussen. Er was daar een grote wil om hun verhalen te delen maar tegelijk ook veel argwaan over hoe ze zouden worden neergezet. Het was heel belangrijk om genoeg tijd te nemen voor de kennismaking. De focus van de eerste gesprekken lag op hoe zij dit project zouden ervaren. Ik wilde ook iedereen van de afdeling hierbij betrekken. Het was belangrijk om af te tasten wat er hoegenaamd mogelijk was en wat de effecten zouden zijn van een cameraploeg. Eenmaal we in productie waren was het vooral een kwestie van heel goed op te volgen of de mensen die expliciet hadden toegezegd zich hier nog steeds oké bij voelden en wat we konden doen om hen een veilig gevoel te geven.
Het valt op hoeveel andere mensen buiten Yme herkenbaar in beeld zijn gebracht en de openheid waarmee Yme zichzelf laat filmen.
Sofie: Daar hebben we inderdaad veel energie en tijd in gestoken en dat is een verhaal van vallen en opstaan. Zoals gezegd is het moeilijke aan zo’n omgeving dat er een constante rotatie is van personen die aanwezig zijn. Je bent dus eigenlijk continu bezig met het vertrouwen creëren. Dat hing ook heel hard af van hoe de groep zich voelde op dat moment. Naar het einde werd het ook moeilijker omdat er wat spanningen waren. We hebben toen gekozen voor meer individuele elementen te filmen.
Yme viel vanaf het begin op doordat ze héél empathisch was en héél open kon vertellen over wat er bij haar speelde. Maar ze zat ook héél zwaar in haar eetstoornis en zat al een geruime tijd in therapie. Ze was heel overtuigd over het nut van het project maar aanvankelijk niet bereid om zelf voor de camera te staan. Uiteindelijk is ze zelf naar ons gekomen. Ze had het gevoel dat een heel deel van haar leven reeds gepasseerd was maar dat ze met haar deelname een verschil kon maken.
Had je een scenario op voorhand uitgewerkt of informatie ingewonnen bij experten?
Sofie: Ik wilde het zelf niet te snel sturen. Je hebt als maker natuurlijk vlug een idee over de gebeurtenissen maar ik wilde heel dicht staan bij hoe Yme het zelf ervaarde. Ik had toen nog geen contact met Eetexpert maar wel met ANBN, een vrijwilligersvereniging die mensen met een eetstoornis begeleidt. Zij hadden al wat tips voor mediamakers die ze graag deelden. Bijvoorbeeld toen we de documentaire aan Yme wilde laten zien. We hebben toen, in overleg met het team van UPC Leuven, ANBN betrokken bij de screening. Die is trouwens getoond op de therapeutische afdeling op Ymes vraag. Ze voelde zich daar veiliger en zou dan kunnen opgevangen worden. Ze herkende zich gelukkig enorm in de documentaire. Dat was een grote opluchting.
Ik wilde vooral weggaan van de focus op het probleemgedrag. Dat zat in de weg om het verhaal van Yme te vertellen.
Als mediamaker ben je toch vaak op zoek naar beelden met een impact. Is er dan geen spanningsveld tussen de manier waarop je het verhaal wil vertellen en de kwetsbaarheid van je onderwerp?
Sofie: Ik wilde vooral weggaan van de focus op het probleemgedrag (magere lichamen, eetbuien...). Dat zat volgens mij in de weg om het verhaal van Yme te vertellen. We wouden focussen op wat er achter dat gedrag zat, de manier waarop de eetstoornis een overlevingsmechanisme was voor Yme. Ik heb de vraag van het productiehuis gekregen of we niet iets met die eetbuien moesten doen. Maar dat is sowieso iets heel moeilijk omdat je met een camera de situatie heel hard beïnvloedt. En heb je dat ook nodig om als kijker te begrijpen wat dat is? Mensen met een eetstoornis ervaren die eetbuien als iets afstotelijk, waar heel veel schaamte aan vast hangt. Voor mij was het belangrijk dat Yme daar openlijk over praatte en die schaamte ook uitte. Maar ik betwijfel of dat laten zien veel zou bijbrengen.
De grootste uitdaging was dat de meeste concrete situaties praat-therapieën waren. In welke mate konden we dat verhaal op een visuele manier vertellen? We kwamen toen uit bij de spiegeloefening. Hierbij kijken ze in een spiegel naar zichzelf. Een oefening waarbij ze zo mild mogelijk naar hun eigen lichaam leren kijken. Daarbij lag mijn focus op het gezicht van Yme. Dat beeld zegt veel meer over hoe die persoon naar haar eigen lichaam kijkt, dan door dat lichaam te tonen. Daarnaast kregen we van ANBN ook de aanwijzing om zoveel mogelijk “triggerende” beelden te vermijden. Je kan al heel snel iets schadelijk veroorzaken bij kwetsbare kijkers. We waren daarom we ook extra voorzichtig.
Werkt dat dan niet limiterend als filmmaker?
Sofie: Natuurlijk is dat limiterend op een bepaalde manier. Maar dat heb je wel in elk project en daar moet je gewoon creatieve manieren voor zien te vinden. Daarom wilde ik ook focussen op die innerlijke leefwereld. Op zoek gaan naar visuele manieren om dat te tonen, zoals haar lichaamstaal tijdens de therapie. Iedere documentaire heeft zijn beperkingen en het is altijd een onderhandeling hoe je daar mee omgaat.
Hebben filmmakers een maatschappelijke verantwoordelijkheid in het in beeld brengen van problematieken of wordt die invloed overschat?
Sofie: Iedere documentairemaker heeft zijn eigen drijfveren om een verhaal te vertellen. En dat mag niet gelimiteerd worden door een maatschappelijke context. Maar je wilt toch iets vertellen over de wereld en dan moet je bewust zijn over je werkwijze. Ik ben van mening dat je een héél grote impact kunt hebben als documentairemaker. Niet dat één documentaire de wereld zal veranderen, maar het is een krachtig venster op de wereld. Dus in die optiek heb je dus als mediamaker wel een grote verantwoordelijkheid. Het omgekeerde kan namelijk heel snel gebeuren, waar dat venster eerder stigmatiserend werkt. Beelden werken héél snel versterkend. Vandaar dat ik op de afdeling ook heel sterk het gevoel kreeg dat ze zich niet juist vertegenwoordigd voelen in de media, ze zijn héél veel meer dan alleen hun eetstoornis.
Niet dat één documentaire de wereld zal veranderen, maar het is een krachtig venster op de wereld. Dus in die optiek heb je dus als mediamaker wel een grote verantwoordelijkheid.
In aanvulling bij dit interview: Eetstoornissen in beeld - Toolbox
Ondersteuning van mediawerk over eetgedrag, gewicht, uiterlijk, en eetstoornissen
Eetexpert is het Vlaams Expertisecentrum voor eet- en gewichtsproblemen. We zijn partnerorganisatie van de Vlaams Overheid en ondersteunen hulpverleners, preventiewerkers, de overheid maar ook mediaprofessionals in hun werk rond eet-en gewichtsproblemen. Om mediaprofessionals nog beter te ondersteunen werd ons aanbod recent uitgebreid met een toolbox die vrij beschikbaar is op onze website: www.eetexpert.be/toolbox.