The Belgitude in cinematography, SBC-leden over hun manier van werken

sbc

De filmindustrie heeft de deuren geopend voor de Belgische DOP’s op het wereldtoneel en een toenemend aantal van hen filmt nu op internationale film en tv-serie sets. Maar wat wekt deze groeiende interesse in Belgisch talent? Brengen ze een uitgesproken Belgische stijl? We vroegen aan actieve leden van de Belgian Society of Cinematographers (SBC) naar hun manier van werken en inzichten hoe er gewerkt wordt op internationale sets.

Sinds het bescheiden begin is SBC uitgegroeid tot een organisatie met 89 leden. Onder hen meerdere winnaars en genomineerden van gerenommeerde prijzen zoals de ASC Spotlight, Camerimage en de Césars. In de afgelopen 27 jaar is het cinematografische landschap sterk veranderd en de voorbije jaren is er een groeiende belangstelling voor Belgische producties vanuit het buitenland . Dit is niet onopgemerkt gebleven bij internationale producers en regisseurs.

“ What I loved about those shows – which I think is a characteristic of Belgian TV – is the ability to mix genre and tone,” says Iuzzolino. “It’s artistically and tonally unpredictable. You often pretty much know what you’re going to get from a Scandinavian, or French, or Italian show. But there is something about the Belgians that means a show is never entirely straight.”

Walter Inzullino - internationale tv-expert bij Walter Presents, zoals geciteerd in The Guardian

sbc

Wat maakt Belgische cinematografen dan nu zo aantrekkelijk?

Kees Van Oostrum - ASC-voorzitter

“Elke cultuur brengt haar stijl naar beeldende kunst. Rubens vertegenwoordigt een interpretatie van de middeleeuwen net zoals Magritte onze perceptie van de realiteit uitdaagt. Als je naar de Belgische cinematografen kijkt door de jaren heen zoals Gislain Cloquette (Tess), Willy Kurant (Masqulin Feminin), Willy Stassen (Antonia), Nicolas Karakatsanis (Rundskop), Benoit Debie (Onomkeerbaar), Alain Marcoen (Rosetta), Ruben Impens (Belgica), Robrecht Heyvaert (Black), vertegenwoordigen zij en vele anderen duidelijk de cultuur en specifieke decennia van België. Hun stijlen variëren van barok tot soms hard realisme. Deze Belgische cinema-cultuur is aantrekkelijk voor een buitenstaander omdat die het visuele storytelling ondersteunt. Beeldmakers zijn geworteld in een cultuur die altijd een unieke kwaliteit zal hebben. En het is net die uitzonderlijke kwaliteit die creatieve mensen aantrekt. Het is gewoon spannend om lyrische cinematografie te zien In een nieuwe wereldmarkt voor filmproductie. Cinematografen werken overal in de wereld en met de gegobaliserende aanpak van productie lijken ze meer respect te krijgen voor hun bijdragen. De Belgische industrie stimuleert ook de productie op eigen bodem met een knowhow die gemeten wordt aan de internationale top dus het verbaast me niet dat steeds meer Belgische cinematografen betrokken worden buiten België”

Ruben Impens - SBC (Beautiful boy, The broken circle breakdown)

“Het valt niet te ontkennen dat er momenteel veel interesse is in Belgische DOP’s, er is absoluut iets gaande. Ik krijg vaak de vraag waarom dat zo is. Ik denk niet dat het aan onze opleidingstrajecten ligt. Ikzelf ben nauwelijks naar school geweest. We hebben het voordeel dat er veel producties zijn gemaakt in de afgelopen tien jaar, een resultaat van de verschillende filmfondsen in België. Persoonlijk zou ik durven stellen dat de “oefening baart kunst -regel” de sleutel was tot het huidige succes.”

Manu Dacosse - SBC (The Strange Color of Your Body's Tears, Amer)

“Cinematografie is zo een universele taal dat deze het voor de Belgische DOP’s (en regisseurs) mogelijk maakt om “hot” te zijn. Laat het geen verrassing zijn gezien onze producties een zekere mate van vrijheid uitstralen, wat het onze DOP’s toelaat om expressief te zijn. De Vlamingen zijn sterk beïnvloed door de Angelsaksische film, waar de Walen eerder doordrenkt zijn met de Franse stijl. Op dit moment is er een opkomst van kwalitatieve Vlaamse tv-series, een relatief nieuwe industrie, die meer ruimte voor experiment mogelijk maakt in vergelijking met vroeger. Ik denk persoonlijk ook dat onze filmscholen van goede kwaliteit zijn waar studenten zich (samen met een regisseur) kunnen ontwikkelen en waar nieuwe manieren van filmmaken aangemoedigd worden. Zo ben ik in ieder geval toch begonnen. En wat betreft het arbeidsethos, wij komen uit een klein land wat ons over het algemeen nogal bescheiden maakt, zelfs voor de enkelingen onder ons die dat niet zijn.”

“Met beperkte middelen geweldige dingen doen, maar toch gedurfd risico’s nemen. Ik denk dat je dat misschien als een Belgitude zou kunnen beschouwen.”

Ruben Impens - SBC ( Beautiful Boy, The broken circle breakdown)
sbc

Stijl

Juliette Van Dormael - SBC (Angel, A Sister)

'Als ik kijk naar de DOP’s die me hebben geïnspireerd zoals een Benoit Debie, Christophe Beaucarne, Ruben Impens en nog vele andere collega’s, vind ik hun ongedwongenheid en het feit dat ze zich vooral niet inhouden, heel erg fijn. Belgische cinematografen durven vaak visueel vreemde (lees, gedurfde) dingen te doen. En zelfs meer, ze zijn in staat om dit te ontplooien in verschillende genres. Maar ik denk nu niet dat we effectief kunnen spreken van een bijzondere Belgische stijl.“

Christophe Nuyens - SBC (Black spot, Bagdad centraal)

'Bestaat er zoiets als een Belgische stijl? Dat is een heel lastige vraag gezien er in ons vak al zoveel verschillende stijlen worden toegepast die filmmakers gebruiken voor hun projecten. Als ik naar het werk kijk van mijn collega's, zou ik durven zeggen dat er veel wordt gedraaid in een realistische stijl, vaak behoorlijk donker… doet enigszins denken aan de oude meesters in de schilderkunst. Het grote voordeel van België is dat het een klein land is, gelegen in het hart van Europa. De smeltkroes van culturen en talen die ons land rijk is vind ik erg inspirerend.”

Ruben Impens - SBC

“Ik denk niet dat er een manier bestaat om exact vast te stellen wat een Belgische stijl juist betekent maar één ding is duidelijk: we zijn minder conventioneel in onze aanpak, minder klassiek dan bijvoorbeeld mainstream Amerikaanse filmmakers. Er is minder controle van producers of studio's waardoor we dingen kunnen uitproberen en afwijken van het klassieke pad.”

“Belgische cinematografen durven vaak visueel vreemde (lees, gedurfde) dingen te doen. En zelfs meer, ze zijn in staat om dit te ontplooien in verschillende genres. Maar ik denk nu niet dat we effectief kunnen spreken van een bijzondere Belgische stijl.“

Juliette Van Dormael - SBC (Angel, A Sister)

Tommaso Fiorilli - SBC-AFC (The insult, The attack)

“Belgische films cultiveren een soort van zelfspot, een voorliefde voor absurde situaties en een een soort ruw neo-realisme. Cinematografie is natuurlijk het hulpmiddel om die gevoelens uit te drukken en om ideeën zich daar te laten aanpassen.”

Robrecht Heyvaert - SBC (Bad boys for life, Black)

“Als ik buitenlanders, voornamelijk Amerikanen, hoor beschrijven hoe ze naar de Belgische cinema kijken, merk ik dat we een reputatie hebben voor het maken van donkere thrillers en drama, ruw gefilmd, gedesatureerd inzake kleuren en vaak dwepend met onderbelichting. Als ik dan kijk naar wat er in België gemaakt wordt merk ik toch een veel grotere verscheidenheid aan projecten en visuele stijlen. "

Anton Mertens - SBC ( War of the worlds, The spy)

“Cinematografie is van nature een veelzijdige vorm van visuele kunst die onderhevig is aan invloeden. Of het nu aan de geografisch oorsprong ligt of door wat men heeft gezien in termen van kunstwerken, of het nu films zijn of andere expressieve vormen, al dan niet  bewust vinden deze invloeden op een gegeven moment hun weg naar je eigen werk. Maar wat kan verschillen van andere filmmakers is hoe je het werk uitvoert, want dit is enorm beïnvloed door de sector waaruit je initieel komt. Of het nu een low budget sector is of eerder een industrie met hoge productie budgetten. De impact die dit heeft op de DOP zou zich heel goed kunnen vertalen in de gemaakte beelden en hoe een publiek ze leest. En dit kan zeer aantrekkelijk zijn voor regisseurs of producenten die op zoek zijn naar iets anders."

sbc

Arbeidsethos

“Wat betreft het arbeidsethos, wij komen uit een klein land wat ons over het algemeen nogal bescheiden maakt, zelfs voor de enkelingen onder ons die dat niet zijn.”

Manu Dacosse - SBC (La couleur étrange des larmes de ton corps, Amer)

Bjorn Charpentier - SBC (Beiroet, gebroken)

“We zijn gewend zeer efficiënt te werk te gaan, de meeste Belgische cinematografen werken meestal ook onder financiële beperkingen. Het zorgt ervoor dat we een probleemoplossende mentaliteit bezitten. We hebben ook niet altijd veel middelen nodig om iets moois te maken. Vaak zijn onze verlangens groter dan zijn onze zakken diep zijn, waardoor we dingen creatief moeten oplossen. En de Belgen zijn daar heel goed in geworden. Mijn ervaring leert dat acteurs erg dankbaar zijn voor mijn manier van werken. De korte tijd die nodig is om een ​​nieuwe set-up uit te voeren, bevordert hun prestaties gezien ze langer in hun rol kunnen blijven. De regisseurs waarmee ik in de VS heb gewerkt, houden van mijn 'can do' attitude;  er is altijd een manier om iets op te lossen, rekening houdend met hun visie. "

Robrecht Heyvaert - SBC

“Bij veel van mijn buitenlandse producties zoals Bad Boys for life en Snowfall ben ik er door producenten en regisseurs attent op gemaakt dat ik op een verstandige en verantwoorde manier om ga met het budget. Ze vinden dat het een meerwaarde geeft aan het beeld. Ook de snelheid waarmee dit gebeurt maakt hen gelukkig, een direct gevolg van hoe ik in België films heb leren maken. Andere afdelingshoofden houden van onze inclusieve manier van werken. ”

Juliette Van Dormael - SBC

“Ik heb een agent in de VS die ook verschillende andere Belgische cinematografen vertegenwoordigt, dus komende van zo'n klein land kan ik zeggen dat er hier veel talent aanwezig is. Persoonlijk heb ik echter niet veel in het buitenland gewerkt. Ik heb een kortfilm gedraaid in New York, maar dat lag niet aan het feit dat ik Belgisch ben maar eerder omdat ik op Camerimage een prijs had gewonnen voor de film ‘Angel’. Over het algemeen zou ik zeggen dat buitenlandse producties vooral onze diversificatie in stijl en onorthodoxe benadering wel weten te appreciëren.”

Christophe Nuyens - SBC

“Ik merk dat er momenteel veel interesse is in de Belgische cinematografen en ik ben er meermaals op aangesproken dat ze onze stijl en manier van werken leuk vinden. Maar dat we op de één of andere manier speciaal of anders zijn, zou ik niet durven zeggen . De manier waarop we dingen aanpakken is momenteel misschien eerder een trend, wat niet betekent dat dit beter is dan een andere stijl en aanpak.”

Tommaso Fiorilli - SBC-AFC

“Ieder land heeft zijn eigen manier van werken. Het belangrijkste voor mij is zich eraan aan te passen zonder de eigen authenticiteit te verliezen. Over het algemeen hebben crews buiten BelgIë de neiging om zich meer hiërarchisch te organiseren. In Italië bijvoorbeeld wordt de positie van een DOP zeer gerespecteerd, als een soort sterrenstatus. Belgische crews zijn over het algemeen informeler en bescheidener. Soms merk ik dat mensen verrast zijn dat ik heel rechttoe rechtaan ben en mensen probeer aan te moedigen om hetzelfde te doen."

Virginie Surdej - SBC (Insyriated, By the name of Tania)

“Ik hoor mensen uit het buitenland vaak reageren op mijn Belgische collega's:“ hij/zij heeft zo'n geweldige visie en is ook een aardig persoon” of “zo getalenteerd en bescheiden tegelijkertijd ”enz… Ik denk dan ook dat de manier waarop men zich gedraagt/opstelt, een cruciale rol speelt. Men kan zeer vaktechnisch bekwaam zijn maar zonder verbinding te kunnen maken met de regisseur, productie of crew zullen de beelden nooit het niveau bereiken dat anders wel het geval zou zijn. '

Hichame Alaouie - SBC (Horses of God, Duelles)

'Het is misschien een beetje een cliché en in werkelijkheid verschilt het van persoon tot persoon, maar onszelf minder ernstig nemen zou misschien de sleutel tot het succes kunnen zijn. Op de set hebben we als team de gewoonte om samen te werken met eenzelfde doel voor ogen."

Begroting

"We hebben ook niet altijd veel middelen nodig om iets moois te maken. Vaak zijn onze verlangens groter dan zijn onze zakken diep zijn, waardoor we dingen creatief moeten oplossen."

Bjorn Charpentier - SBC (Beiroet, gebroken)

Anton Mertens - SBC

“Ik krijg vaak lof van de crew of zelfs acteurs voor het filmen en belichten van scènes op een eenvoudigere manier dan wat ze gewend zijn, terwijl het er nog steeds vrij gewaagd uit ziet. Ik realiseerde me dat gebrek aan budget er mij heeft toe aangezet om te zoeken naar een manier om expressieve beelden te creëren met beperkte middelen. Die kennis is mij eveneens goed van pas gekomen bij grotere projecten, maar de dagen van onbeperkte tijd en fondsen  zijn allang voorbij en filmploegen moeten zich leren aanpassen aan een nieuwe realiteit”

Manu Dacosse - SBC

“Ja natuurlijk, de financiële beperkingen van onze producties hebben invloed op ons zijn en functioneren. De Tax shelter heeft er bvb toe geleid dat we de afgelopen jaren veel buitenlandse films konden draaien en gaf ons de kans om te groeien en te leren als filmmakers. ”

Hichame Alaouie - SBC

“Over het algemeen denk ik dat als je niet over de middelen beschikt, je inventiever wordt. Sommigen proberen grote-budget producties te imiteren, maar dan met minder budget. Het feit dat we van een plek komen met vele invloeden uit verschillende culturen, verplicht ons open te staan voor verschillende manieren van denken en stijlen. Het begint allemaal in de filmscholen waar men met beperkte middelen leert zelfredzaam te zijn, Dingen op een DIY-manier doen, helpt je omgaan met situaties wanneer je aan de slag gaat met low budget films. Ik denk dat dit zelfs nog belangrijker zal worden in de nabije toekomst, omdat er steeds minder en minder budget beschikbaar is om films te maken.”

sbc

“Het is misschien een beetje een cliché en in werkelijkheid verschilt het van persoon tot persoon, maar onszelf minder ernstig nemen zou misschien de sleutel tot het succes kunnen zijn."

Hichame Alaouie - SBC (Horses of god, Duelles)

Invloeden

Stijn Van der Veken - SBC / ASC (Outlander, Four weddings and a funeral)

“Onze aanpak is in eerste instantie misschien iets anders, maar dat wordt nooit als een probleem ervaren gezien beide, de UK- crew en ikzelf, altijd een manier vinden om beide werelden te verenigen. De mix van verschillende nationaliteiten tilt het eindresultaat zeker naar een hoger niveau. Tijdens de vele jaren die ik in het Verenigd Koninkrijk werkte als DP, heb ik veel vrienden gemaakt in de sector en heb ik ook behoorlijk Engels leren spreken. Sommige Britse crewleden spreken nu misschien ook beter Frans of Nederlands. Shooting in de UK is als vliegen in Business Class ... ”

Christophe Nuyens - SBC

Ik heb veel geluk gehad dat ik in verschillende landen met lokale crews heb kunnen werken. Elk land heeft zijn eigen manier om de job te benaderen. Ik kan niet zeggen dat er één specifieke manier beter is dan de andere, eerder een combinatie van verschillende benaderingen lijkt het beste te werken voor mij. De meest aangename shoots voor mij waren de shoots met een crew van verschillende nationaliteiten. De toegevoegde waarde was de kans om te kunnen bijleren van de verschillende crews.”

Bjorn Charpentier - SBC

“Ik heb vooral geleerd om niet bang te zijn om op te komen voor wat ik nodig heb en durven groter te gaan. Niet alles kan snel en nonchalant worden gefilmd. Soms zijn er bepaalde verwachtingen voor de look van het project waarvan ik soms denk dat we het goedkoop kunnen aanpakken, maar dit heeft zeker gevolgen en soms zijn die gevolgen niet gewenst. Dus deze verwachtingen kosten uiteindelijk geld en tijd om ze te bereiken en je moet leren die keuzes te verdedigen bij de producenten. En in de meeste gevallen zullen ze het daarmee eens zijn. '

Robrecht Heyvaert - SBC

“Een behoorlijke voorbereidingstijd, voor zover ik die in België heb meegemaakt, is moeilijk te pakken te krijgen. Daar lijkt het niet nodig te zijn dat alle afdelingen zich tegelijkertijd voorbereiden, bij gebrek aan voldoende middelen om mensen in pre-shoot te kunnen uitbetalen. Maar als je de kans krijgt om voor te bereiden met alle afdelingen zoals art dep, grip en electro’s, VFX ... krijgt men andere resultaten. Of bijvoorbeeld, door stand-ins op de set te gebruiken om een scène uit te lichten en te vast te zetten, kan men de snelheid en kwaliteit enorm verbeteren. Dit zijn dingen waar ik op zal staan ​​als ik weer een Belgisch project doe.”

Tommaso Fiorilli - SBC-AFC

“Mijn allereerste productie na het beëindigen van de filmschool was een Amerikaanse show. Ik maakte deel uit van een zeer hiërarchische crew, georganiseerd, nauwkeurig, direct en gestuwd op procedures. Ik heb meteen geleerd dat de harde manier niet de manier was waarop ik wilde werken. Ik waardeerde het niet dat ik niet met iemand anders mocht praten dan mijn directe chef. In Frankrijk ontdekte ik dat de industrie veel meer gesegmenteerd was dan in België. Het lijkt een beetje alsof er kasten op een set staan. Je staat meer in dienst van iemand anders dan van het project zelf, terwijl het in België net het tegenovergestelde is. Je wordt aangenomen in functie van het project voordat je in dienst staat van een regisseur..Er is minder sterrenstatus aanwezig.”

Ruben Impens - SBC

“In vergelijking met grootschalige producties zijn we gewend om klein en behendig te werken, met een bepaalde eenvoud. Minder is vaak meer. . Met beperkte middelen geweldige dingen doen, maar toch gedurfd risico’s nemen. Ik denk dat je dat misschien als een Belgitude zou kunnen beschouwen. ”

 

Geschreven door Leslie Charreau, Louis Van De Leest (mediarte) en Anton Mertens (SBC).
Foto's door Didier Frateur (SBC) & Lou Berghmans (SBC)

sbc

Ook interessant voor jou